We krijgen veel vragen binnen van medewerkers. Je vindt hieronder de belangrijkste, meer technische, vragen en de antwoorden daarop.
1. Als er wordt ingevaren gaat mijn verwacht pensioen een stuk omhoog. Hoe komt dat?
De Wet toekomt pensioenen houdt een grote verandering van het pensioenstelsel in Nederland in. Deze veranderingen zien onder andere op het fiscale kader dat geldt voor pensioen. Door opgebouwde pensioenrechten in te varen (de voorgeschreven norm) gaan er andere fiscale regels gelden voor jouw pensioen en kun je optimaal profiteren van deze verandering. Dat komt omdat er geen begrenzing meer geldt voor het toekennen van de beleggingsrendementen. Deelnemers die nog een aantal jaren kunnen beleggen en een zogenaamde lange beleggingshorizon hebben, hebben daar het meeste voordeel van. Hoe langer de horizon hoe groter het voordeel voor de (actieve) deelnemers. Bij invaren kunnen bovendien de buffers van het pensioenfonds worden toebedeeld aan de deelnemers en daardoor wordt dit positieve effect nog groter. Dit is een eenmalige kans die daarmee leidt tot een significant hogere pensioenverwachting. Als wordt ingevaren komt het beleggingsrisico weliswaar bij de deelnemers, maar omdat het fiscale kader verandert, is de verwachting dat dit in bijna alle gevallen een significant voordeel oplevert.
2. Hoe zit het met de berekeningen en wanneer krijgen medewerkers inzicht in de berekeningen en de afwegingen die Shell NL en de COR maken?
Onze projecties worden doorberekend door een derde partij, Ortec. Ortec is de marktleider in Nederland en werkt als onafhankelijke partij voor Shell. Ortec is ook de partij die voor het pensioenfonds werkt. Ortec heeft intern een certificering op haar processen en ook interne controls om de kwaliteit van de data te bewaken. Daarnaast worden de berekeningen van Ortec gecontroleerd door onze eigen actuarissen en de actuaris van de ondernemingsraad. Wij zijn momenteel druk in gesprek met de Centrale Ondernemingsraad en bespreken ook daar de uitkomsten van de verschillende berekeningen.
Uiteindelijk zal in het transitieplan worden uitgelegd op welke manier sociale partners (dat zijn Shell NL en de COR) kijken naar de transitie. In deze uitleg zal ook duidelijk worden op welke manier Shell NL en de COR invulling geven aan de open normen (zoals bijvoorbeeld “evenwichtigheid” of “onevenredig ongunstig”) die in de Wet toekomst pensioenen worden genoemd. We kijken naar de belangen van alle groepen deelnemers en nemen daarbij de verschillende perspectieven mee. Zo moet worden gekeken naar de verwachte gevolgen (zowel in positieve als negatieve zin) en wat de impact is van een hogere of lagere dekkingsgraad op het moment van invaren. Uiteindelijk moet sprake zijn van een evenwichtige transitie. De afwegingen en keuzes zullen uiteindelijk worden opgenomen in het transitieplan. Dit transitieplan is een bijlage bij het instemmingsverzoek aan de COR en wordt bovendien ook publiek gemaakt voor alle deelnemers.
3. Welke aannames worden gebruikt voor de berekeningen?
Voor het maken van de berekeningen is door Ortec speciale software ontwikkeld die voor heel veel pensioenfondsen in Nederland en ook voor ons wordt gebruikt. In deze software worden op basis van economische scenariosets die worden voorgeschreven door De Nederlansche Bank, 2.000 scenario’s geprojecteerd. Voor ieder scenario gelden weer andere aannames, waardoor het niet mogelijk is om te spreken van een basis aanname. Wel kunnen we aangeven dat er gemiddeld op de lange termijn wordt uitgegaan van een rendement van 5.6% op aandelen, 2.0 % op obligaties en van 2.1% inflatie. In de 2.000 scenario’s wordt ook uitgegaan van zogenaamde stress-scenario’s: wat als het heel slecht gaat, maar ook wat als het heel goed gaat. Een voorbeeld van zo’n stress-scenario is stagflatie, waarbij een langere tijd sprake is van negatieve aandelenrendementen in combinatie met hoge inflatie. De economische projecties om pensioenuitkomsten te bepalen, worden gedaan voor de volledige verwachte levensduur van de deelnemers. Er wordt niet apart gekeken naar scenario’s waarin deelnemers langer of korter leven.
4. Hoe kijken de experts naar de scenario’s van DNB? Wat als het slechter gaat?
Heel Nederland moet werken met deze scenariosets. Deze sets bevatten naast de meest waarschijnlijke scenario’s ook hele extreme scenario’s. Daar gaat een hoop werk aan vooraf en hoewel de scenario’s niet alles zullen omvatten, bieden deze berekeningen wel een goed overzicht van hetgeen dat kan worden verwacht. Er wordt daarmee rekening gehouden met uiterste situaties die worden geprojecteerd naar de toekomst. Door politieke druk zitten in de scenario’s van DNB veel meer heel onwerkelijke situaties dan voorheen het geval was. In die zin worden de scenario’s eerder gezien als pessimistisch dan als optimistisch. De overheid wil dat we deze scenario’s inzichtelijk maken. En ondanks dat deze extreem zijn en naar alle waarschijnlijkheid niet zullen plaatsvinden, zal iedereen deze scenario’s ook terugzien op het pensioenoverzicht.
We begrijpen dat het belangrijk is dat een goede afweging van alle belangen wordt gemaakt, ook voor de situatie waarin het ineens slechter gaat. Wij leggen daarom de lat hoog en willen niet koste wat kost invaren. Wij willen alleen een verzoek tot invaren doen als dat duidelijk beter is voor de deelnemers. Niet alleen in het verwachte scenario, maar we willen dat de deelnemers er in een grote meerderheid van de scenario’s op vooruit gaat. Hierbij kijken wij ook specifiek naar de genoemde stress scenario’s, waarin het veel slechter gaat. We kijken hier samen naar met de COR.
5. Wat betekent deze transitie voor mij?
Tijdens de informatiesessies hebben we persona’s (maatmensen) laten zien om je inzicht te geven in de mogelijke gevolgen van invaren en hard sluiten. Deze persona’s zullen we updaten op basis van de laatste cijfers. We zullen ook nieuwe persona’s toevoegen en toelichten hoe deze grafieken gelezen moeten worden.
Met deze voorbeelden kun je een behoorlijk goed beeld krijgen van wat de veranderingen min of meer betekenen. Precieze details van de nieuwe pensioenverwachtingen op individueel niveau zijn er helaas nog niet en dat duurt nog wel even. Via het pensioenfonds zul je uiteindelijk een individueel overzicht ontvangen waarop je ziet wat de transitie precies voor jou betekent. Wanneer dat precies zal gebeuren is nog niet duidelijk, maar dit zal waarschijnlijk pas kunnen rondom het moment waarop de transitie plaatsvindt, omdat daarvoor ook alle systemen moeten worden ingericht en de situatie op het moment van de transitie bepalend is voor de daadwerkelijke uitkomsten. Dat kan dus nog wel enkele jaren duren.